Zeedijkwandelroute in Nieuwkapelle 8 km

MEER OVER DE OUDE ZEEDIJK WANDELROUTE 

In de 13de eeuw heette het dorp Nova Capella en hoorde het bij de Kasselrij Veurne. Parochiaal werd het door de St.-Pietersabdij van Lo gesticht en bediend, tot aan de Franse Revolutie in 1789. In 1971 werd het samen met de andere twee ‘Kapelles’ tot Driekapellen gefusioneerd. Nieuwkapelle telt vandaag 750 ha en ongeveer 400 inwoners. In 1924 waren in dit dorp nog 19 herbergen te vinden. Tegenwoordig kan je het aantal zelf tellen vanop het dorpsplein. Nieuwkapelle is de zuidelijkste deelgemeente van Diksmuide, ten noorden begrensd door Lampernisse en Oudekapelle, ten zuiden door Lo (Lo-Reninge) en in het oosten fungeert de IJzer als grens met Merkem (Houthulst). Sint-Pieterskerk De kerk is toegewijd aan Sint-Pieter met het visnet en niet aan deze met de sleutels van de hemel. Vissen vinden we ook terug in het wapenschil van Nieuwkapelle. Die verwijzen niet alleen naar de waterrijke omgeving, maar ook naar de familie De Visch die in de 15de eeuw de eerste kerktoren liet bouwen. Langs de linkerkerkgevel van de kerk vinden we een eenvoudig arduinen grafzerk waarop een wapenschild met drie hertenkoppen staat. We lezen dat hier de ‘Moeder van de soldaten’ rust. Ze heette Marie-Thérèse Tack (°1836 +1927) en was aanverwant aan de adellijke familie Tack waarnaar heel wat graven en schilderijen in de kerk verwijzen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) bleef ze als 78-jarige lange tijd aan de IJzerdijk wonen (nu Villa Marietta). Met haar ezel en hondje verzorgde ze er heel wat frontsoldaten, troostte en verwende hen. Ze was voor hen een echte moederfiguur. De Nieuwkapellestraat is pas rond 1860 aangelegd als rechte verbinding met Oudekapelle en dus ook met Diksmuide. Daarvoor verliep de verbinding via landelijke weggetjes zoals de Groignestraat en de Oude Zeedijk. De Pastorij Onmiddellijk rechts zien we de vroegere pastorij met een wijze Latijnse tekst boven de deur. Vertaald: “Vrede aan hen die hier binnenkomen en heil aan hen die hier buitengaan”. Er is ook een gedenkplaat ter nagedachtenis van pastoor Alfons Mervillie (Wontergem °1856, Kortrijk †1942). Vanaf 1913 was hij hier twintig jaar lang pastoor. Hij was een gekend priester-dichter-musicus en volgeling van Guido Gezelle. Vaak had hij het over de oorlogsjaren met de verwoesting en de wederopbouw van Nieuwkapelle. Zijn meest gekende werk is echter het ‘Dunelied’ van De Panne waar zijn zus in het klooster was. Zoals in vele polderdorpjes is gekozen om het afvalwater van de bewoners via rietvelden te zuiveren, voor het geloosd wordt in het aansluitende bekensysteem. Dat kan je zien bij een van de drie kleinschalige waterzuiveringssystemen aan de achterkant van huisnummer 22 in de Nieuwkapellestraat. Oude Zeedijk De Oude Zeedijk werd rond 1050 aangelegd tussen de duinengordel in Oostduinkerke en Lo, gelegen aan de rand van het Plateau van Izenberge. Ten westen ervan verdween de invloed van de zee. Zo kon de landbouw haar intrede doen en ontstond de Oudlandpolder. Oorspronkelijk lag deze dijk waarschijnlijk enkele honderden meters oostwaarts. Op de hoek met de Lepelstraat staat een kapelletje toegewijd aan de Heilige Govaert en Rochus (met het hondje) en Onze Lieve Vrouw. Op de achterliggende akker stond tot WO I een hoeve van de rijke familie Tack. Deze kreeg de naam ‘Ferme Espagnole’ omdat de bewoner getrouwd was met de dochter van de bevelhebber van het Fort Knocke dat toen onder Spaans bewind stond. Het huis aan de overkant – Oude Zeedijk 8 – was vroeger café ’t Vliegplein. Het heeft een schitterend geveltje met accoladebogen boven vensters en deur, typische verwijzingen naar de wederopbouw na WO I. In die oorlog werd hier alles vernield. De toenmalige eigenaar kocht rond 1920 een loods op het verlaten militair vliegpleintje van Houtem bij De Moeren en bracht ze over naar deze plaats om er een nieuw leven op te bouwen. Hierin begonnen moeder en dochter hun commerce. De ene als herbergierster, de ander als winkelierster. De volksmond vertelt dat eeuwen geleden in de omgeving van de Lepelstraat een smalle waterput was gegraven. Dorpelingen kwamen er drinkwater putten met behulp van een lepelschop, vandaar deze naamgeving. Windmolens De Lepelmolen zorgt samen met de Botermolen voor een rendement van 4 miljoen kWh op jaarbasis. Dit komt overeen met een energiebehoefte van ongeveer 1150 gezinnen. Deze middelgrote types werden gebouwd in 2005 door cvba Beauvent waarbij heel wat streekbewoners coöpereren. De molens hebben een ashoogte van 75,6 meter en een rotordiameter van 48 meter. Put van Nieuwkapelle Aan de rechterzijde verschijnt een grote waterplas: de Put van Nieuwkapelle. Deze ontstond door zandwinning in 1970 en is op sommige plaatsen meer dan 10 meter diep. Het zand is afkomstig van de afzettingen door het zeewater dat via de Avekapellegeul de slikken en schorren van weleer overspoelde. Het zand werd gebruikt bij de aanleg van de bodem van het drinkwaterspaarbekken van Woumen. Deze (privé)vijver is momenteel een reservoir om het spaarbekken van extra oppervlaktewater te voorzien. Deze put heeft een openbaar karakter waar zachte recreatie welkom is (vissen en wandelen – zwemmen is verboden) en het is een boeiende plek voor vogelliefhebbers. Vooral in de trek- en wintertijd komen heel wat vogels voedsel en rust zoeken in het visrijke water: aalscholvers, futen, reigers, verschillende eendensoorten, maar ook de schuwe ijsvogels laten zich wel eens zien. De Olifantmolen Aan de IJzerdijk bevindt zich het gehucht ‘De Olifant’. Op de hoek (huisnummer 11) was tot 1962 de herberg De Olifant gevestigd. Het recenter aangebrachte kunstwerk boven de voordeur verwijst hiernaar en is van de hand van de West-Vlaamse schilder en beeldhouwer Yves Rhayé (°1936 †1995). De naam is afgeleid van de Olifantmolen die even verderop (huisnummer 13) heeft gestaan. Het was een molen met schuinstaande molenstenen om lijn- of koolzaad te pletten tot olie, vandaar zijn afgeleide naam. De laatste molenaar was Jozef Markey. Hij zag zijn molen opbranden tijdens de eerste dagen van WO I. Belgische soldaten wilden immers geen uitzichtposten achterlaten voor het oprukkende Duitse leger. Jozef kocht later de huidige Markeymolen in Lo om een nieuw molenaarsleven op te starten. Nog iets verder ligt Villa Marietta (huisnummer 18) waar de eerder vermelde Madame Tack woonde tijdens WO I. Aan de overkant van het water krijgen we een zeer fraai zicht op het Merkembroek. De rechteroever van de IJzer kan na langdurige regenval overstromen zodat de hele vallei onder water komt te staan tussen de Franse grens en Diksmuide: meteen het grootste ‘onbekende’ meer van België! Zo worden omliggende dorpen van overstroming gevrijwaard en vinden zeldzame fauna en flora hier hun biotoop. Omwille van die reden heeft de overheid er al heel wat gronden aangekocht. Met een verrekijker ontdek je misschien wel een zwevende kiekendief, een baltsende grutto of een zingende rietzanger. In oostelijke richting kunnen we de muur van het 60 ha grote waterspaarbekken bespeuren. In het waterproductiecentrum De Blankaart wordt IJzerwater drinkwater voor één op de drie West-Vlamingen. De eerste boerderij die we langs de IJzerdijk aantreffen was destijds herberg ‘De Veugelhutte’. Deze naam verwijst naar het bos in de verte aan de overkant van de IJzer. Dit bos is wellicht de oudste eendenkooi van ons land (16de eeuws of ouder). In een eendenkooi werden eenden gelokt in vangfuiken met behulp van de typische kooikershond, nu een vergeten en verboden ambacht.


Kerk van Nieuwkapelle





Knooppunten volgen






De put






Oude wegwijzer


Overal nog water door de vele regen die er gevallen is




Wandelboom GR- paden


De bloei is begonnen




Aangekomen aan Knokkebrugge



Café Knocke


Informatietorentje




De Oude Zeedijk



DE kerk van Nieuwkapelle









Deze 78-jarige kranige dame woonde bij het uitbreken van de oorlog met haar hond, papegaai en ezel in de Villa Marietta vlak naast de IJzer. Haar huis kwam midden de frontlijn te liggen en toch weigerde ze te vertrekken.

Tijdens de oorlog zorgde ze voor de vele frontsoldaten die in de loopgrachten zaten vlakbij haar huisje. Ze gaf hen soep en koffie en ging regelmatig met haar ezel wandelen langs de loopgrachten. Ze werd al vlug bekend als de “moeder der soldaten”. Heel wat hoge gasten kwamen bij haar op bezoek. Zo kwamen onder andere Koning Albert 1, de Britse koning George V en de franse president Poincare bij haar langs.



Terug aan 't gemeentehuis




Reacties

Populaire posts van deze blog

De Marultocht 7 km

Dag 1 IML tocht Viborg (Den.) 20 km

Polygon Wood wandelroute 7 km